Bron: Bruzz
Op het proces van de aanslagen van 22 maart 2016 hebben de veroordeelden een allerlaatste keer het woord genomen. Verschillenden van hen drukten hun spijt uit tegenover de slachtoffers, terwijl Salah Abdeslam opnieuw herhaalde dat hij niets te maken heeft met de aanslagen.
© Belgaimage | De beschuldigden op het assisenproces van de aanslagen in Brussel van 22 maart 2016 op Brussels Airport en metro Maalbeek.
Osama Krayem, die nooit heeft gesproken tijdens het proces, bleef maandag zwijgen. Sofien Ayari verwees naar zijn verklaringen van begin juli.
Mohamed Abrini beet de spits af met een pessimistisch betoog over de toekomst, waarin volgens hem nog meer aanslagen zullen plaatsvinden. "Er gaan altijd mensen zijn die een oorlog willen voeren, dat is de realiteit." Hij drukte ook zijn spijt uit tegenover de slachtoffers.
Salah Abdeslam herhaalde tijdens zijn laatste woord dat hij niets te maken heeft met de aanslagen in België. Hij waarschuwde de jury ook dat "het moeilijk is om te leven met het idee dat je iemand hebt veroordeeld die het niet verdient".
"Ik ben geen moordenaar, noch een terrorist en zal dat nooit zijn", zei Ali El Haddad Asufi dan weer. "Ibrahim El Bakraoui heeft mijn leven vernield, maar ik heb dat ook zelf gedaan, door me geen vragen te stellen." Hij vroeg het hof een op hem afgestemde straf, geen "voorbeeldstraf".
Bilal El Makhoukhi verklaarde dat hij zich pas tijdens het proces realiseerde wat de impact was op de slachtoffers. "Ik kan mijn deel van de verantwoordelijkheid niet uit de weg gaan. Ik zoek geen excuses, al bied ik ze natuurlijk wel aan", klonk het.
Hervé Bayingana Muhirwa, tot slot, zei getekend voor het leven te zijn door de aanslagen. Het pijnigt hem dat hij eraan gelinkt is en de getuigenissen van slachtoffers hebben hem diep geraakt, zei hij.
Na de laatste woorden gingen het hof en de jury in beraad. Het arrest over de strafmaat wordt nog deze week verwacht.
De advocaten van de burgerlijke partijen betreuren dat de veroordeelden op het proces over de aanslagen van 22 maart 2016 zich niet meer in vraag stellen. Tegelijk blijven ze met vragen zitten, zo viel te horen na de laatste woorden van de veroordeelden maandagvoormiddag.
"De uitspraak over de schuldvraag dateert van juli. We hadden gedacht dat de veroordeelden zich meer in vraag zouden stellen als ze zouden terugkeren", zei Aline Fery, advocate van slachtofferorganisatie Life4Brussels.
De advocaten van Life4Brussels hekelden vooral de houding van Salah Abdeslam, die zei dat hij een woordje te zeggen had over de advocaten van de burgerlijke partijen, maar dat hij toch zou zwijgen uit respect voor de slachtoffers. "Hij begrijpt duidelijk onze rol niet", zei ook Maryse Alié. "IJzingwekkend", zo noemde Fery het laatste woord van Abdeslam, die zich er wederom over had beklaagd dat hij "gemediatiseerd en gedemoniseerd" werd.
Volgens de advocaten had hij het voorbeeld kunnen volgen van Sofien Ayari, die in zijn laatste woord voor de beraadslaging over de schuldvraag in juli wel blijk had gegeven van introspectie. Enkel Bilal El Makhoukhi en Hervé Bayingana Muhirwa hadden in hun laatste woord echt aandacht voor de personen achter de slachtoffers, klonk het.
Guillaume Lys, advocaat voor slachtofferorganisatie V-Europe, betreurde het dan weer dat nabestaanden en slachtoffers ook na de laatste woorden nog met vragen blijven zitten. Zo is nog steeds niet uitgeklaard waar de wapens zijn van de terreurcel die El Makhoukhi hielp verbergen. Lys vindt het ook spijtig dat Abrini en Abdeslam de politiek met de vinger wezen. "Het helpt de slachtoffers niet vooruit", zei hij.
Dat Abdeslam volhoudt dat hij met de aanslagen van 22 maart 2016 niets te maken heeft, komt dan weer niet als verrassing. "Het is zijn houding sinds de start van het proces. Wij zien het anders." Het schuldinzicht van Bayingana Muhirwa komt dan weer rijkelijk laat. "Ik weet niet hoe geloofwaardig het is als het pas op het eind van het proces komt", zei Lys.
Bilal El Makhoukhi, die veroordeeld werd voor terroristische moord en moordpoging, heeft in zijn laatste woord op het proces over de aanslagen van 22 maart 2016 verklaard dat hij zich pas tijdens het proces gerealiseerd heeft wat de impact was op slachtoffers. Hij zei ook dat hij geen verzachtende omstandigheden of excuses zoekt.
"Ongeacht de straf die ik krijg, of die nu zwaar of heel zwaar is, ze zal nooit even hoog zijn als de straf die de slachtoffers al 7,5 jaar hebben. En ik zeg dat niet om me er goed te doen uitzien. Ik heb hier gezien wat ik altijd geweigerd heb te zien: de impact op slachtoffers en hun familie", zei El Makhoukhi, die levenslang riskeert.
El Makhoukhi zei dat de getuigenissen van slachtoffers en hun naasten hem achtervolgden tot in de cel. Hij zei ook dat het moeilijkste niet was om in de rechtbank te komen vertellen dat het hem speet, maar om dat voor zichzelf te zeggen. "Er waren slachtoffers die misschien mijn religie niet deelden, maar geleken op mensen uit mijn familie", zei hij.
Excuses zoekt hij niet, zei El Makhoukhi, verzachtende omstandigheden evenmin. Daarvoor is zijn betrokkenheid te groot en het zou alleen maar ongepast zijn, zo gaf hij toe. "Ik ben altijd bang geweest om de gevolgen voor de slachtoffers onder ogen te zien", zei El Makhoukhi, waarna hij eraan toevoegde dat die "onherstelbaar" lijken.
"Ik kan mijn deel van de verantwoordelijkheid niet uit de weg gaan. Ik zoek geen excuses, al bied ik ze natuurlijk wel aan. Maar voor mezelf vind ik geen excuses", besloot hij.
Hervé Bayingana Muhirwa, die op het proces over de aanslagen van 22 maart 2016 enkel schuldig bevonden werd aan deelname aan de activiteiten van een terreurgroep, heeft in zijn laatste woord verklaard dat hij getekend is voor het leven door de aanslagen. Het pijnigt hem dat hij eraan gelinkt is en de getuigenissen van slachtoffers hebben hem diep geraakt, zei hij.
Bayingana Muhirwa, die maximaal tien jaar cel riskeert en dus kan vrijkomen, zei dat hij aanvankelijk wou zeggen dat hij zich na zeven jaar opsluiting bewust was van de feiten die hij meegemaakt heeft en dat het nu tijd was om alles achter zich te laten. "Maar ik realiseerde me vandaag last minute dat ik het nooit achter me zal laten. Je kan dit niet van de ene op de andere dag achter je laten. Ik neem het mee tot het einde der dagen. Gelinkt zijn aan de aanslagen van 22 maart 2016, dat markeert een leven."
Vervolgens ging Bayingana Muhirwa in op de getuigenissen van de slachtoffers waar hij gedurende zeven maanden proces naar geluisterd had. "Ik ben me bewust van het onrecht, het kwaad dat ze ondergingen. Ik betreur het, maar helaas kan je het verleden niet veranderen", zei hij. Hij zei ook dat vooral de getuigenis van de nabestaanden van Yves Ciyombo hem diep heeft geraakt, de vader van twee dochtertjes die omkwam in metrostation Maalbeek. "Ook al beledigde zijn weduwe ons achteraf", klonk het.
Bayingana Muhirwa zei nog dat de gebeurtenissen hem boven het hoofd zijn gegroeid. Hij zei ook dat hij zijn kans zal grijpen en zal werken aan zijn herstel. "Maar je herstelt niet van 22 maart 2016. Ik doe er alles aan op mijn niveau. Niet om te wissen of te transformeren. Wel om, in mijn geval, beter te worden."
Begin juli, net voor de jury in beraad ging over de schuldvraag, had Abdeslam het woord niet genomen. Maandag profiteerde hij wel van de kans om zich een allerlaatste keer uit te drukken op zijn proces. Hij herhaalde onder meer dat hij niets te maken heeft met de aanslagen van 22 maart 2016 en vroeg om een eerlijke straf.
Gevraagd om een reactie op het laatste woord, zei Philippe Vansteenkiste, de directeur van slachtoffervereniging V-Europe, dat er wel wat tegenstrijdige elementen waren in zijn verklaring, zoals hij ook wel had verwacht. "Hij was ook tamelijk grof tegenover de juryleden die hem beschuldigd hebben, terwijl zij de juridische waarheid naar voren hebben geschoven en het dossier goed kenden", zei hij ook. Abdeslam zei dat de jury hem onterecht schuldig bevond aan terroristische moord en poging tot moord, en waarschuwde dat het moeilijk zal zijn om te leven met het idee dat je iemand veroordeelt die het niet verdient.
"Het waren bizarre uitspraken, ik had de indruk dat hij wat verward was", aldus Vansteenkiste nog. Op het feit dat Abdeslam zei dat hij hoopt dat zijn woorden de slachtoffers zullen helpen bij hun proces van wederopbouw, wilde Vansteenkiste niet reageren.
Hij wees er nog op dat we niet mogen vergeten dat de veroordeelden al een hele tijd in een adrenalinerush verkeren, met eerst het proces van de aanslagen van Parijs en nu dat van de aanslagen in ons land. "Ik denk dat ze ergens ook beseffen dat dit het einde is. Bovendien is het proces nog niet voorbij en konden ze voor het laatst een indruk geven."
Abrini, die erg zenuwachtig leek, wees erop dat het net de 22ste verjaardag is van 9/11, en dat er sindsdien niet veel veranderd is. "De antimoslimretoriek is een deel van het dagelijks taalgebruik geworden", zei hij. Hij zei daarom pessimistisch te zijn over de toekomst. "Er zijn een miljard moslims op de wereld, een deel van hen zal altijd volgens de wetten van de sharia willen leven en een kalifaat willen opzetten. Er gaan altijd mensen zijn die een oorlog willen voeren, dat is de realiteit."
Abrini trok ook de politieke kaart in verband met de slachtoffers. "Niemand in de box is blij over wat er is gebeurd. Die mensen zijn onschuldig. Ze hebben niets gevraagd en werden op een oneerlijke manier geraakt door politieke beslissingen", zei hij. En hij drukte zijn spijt uit tegenover de slachtoffers, ook omdat een deel van hen zich in de steek gelaten voelt door de overheid en de artsen.
Aan voorzitster Laurence Massart vroeg Abrini om de wet toe te passen. "Ik denk dat u de capaciteiten hebt om eerlijk te zijn en de zaken goed te onderscheiden", zei hij. Tot slot verwees hij naar een uitspraak van Salah Abdeslam tijdens het proces van Parijs, dat 13 november de laatste bladzijde was van een boek. "Maar ik heb schrik dat er nog meer boeken gaan komen, dat er nog meer aanslagen gaan volgen. Niemand wil echt praten, niemand wil de problemen oplossen. Aan de vrede moet je werken."
Op het assisenproces over de aanslagen van 22 maart 2016 heeft Ali El Haddad Asufi, die veroordeeld werd voor terroristische moord en poging tot moord, in zijn laatste woord gevraagd een op hem afgestemde straf te geven, "geen voorbeeldstraf". Hij zei dat niet alleen Ibrahim El Bakraoui zijn leven vernielde, zijn jeugdvriend die hem betrok in de feiten, maar dat hij dat ook zelf heeft gedaan door zich niet meer vragen te stellen.
El Haddad Asufi zei dat hij "helemaal niet verwacht" had dat hij schuldig verklaard zou worden aan terroristische moord en poging tot moord. "Het was een slag voor mij en mijn familie", zei de Schaarbekenaar, die eraan toevoegde dat het niettemin de juridische waarheid is en dat hij die aanvaard.
"Maar ik ben geen moordenaar, noch een terrorist en zal dat nooit zijn. Ik heb het nooit gewild, maar neem mijn verantwoordelijkheid. Ibrahim El Bakraoui heeft mijn leven vernield, maar ik heb dat ook zelf gedaan, door me geen vragen te stellen. Ik had het moeten doen. In de cel vraag ik me iedere dag af hoe ik zo stom kon geweest zijn, blind bleef. Ik had het moeten weten, maar wist het niet. Ik moet er elke dag mee leven. Ik kan het verleden helaas niet veranderen. Ik hoop dat de slachtoffers begrijpen dat ik het nooit gewild heb, ook al werd ik veroordeeld", zei El Haddad Asufi.
Hij zei ook dat hij zich ervan bewust was dat zijn woorden voor de slachtoffers en hun naasten niets zouden veranderen. Bijna de hele tijd keek El Haddad Asufi daarbij naar beneden, slechts sporadisch keek hij op. Zijn stem sloeg ook de hele tijd over. "Alles wat ik jury en hof vraag is om mij een straf te geven die afgestemd is op mij, geen voorbeeldstraf", besloot hij.
Salah Abdeslam heeft maandag op het proces van de aanslagen tijdens zijn laatste woord aan de jury gevraagd om hem te berechten zoals de anderen, zelfs al is hij de "gemediatiseerde en gedemoniseerde Salah Abdeslam".
Een emotionele Abdeslam begon zijn laatste woord met een boodschap van steun voor de slachtoffers van de aardbeving in Marokko. Hij richtte zich vervolgens eerst tot de slachtoffers van de aanslagen, en vroeg hen om niet te luisteren naar wat er gezegd is in de media. "Ik heb wel empathie voor jullie, jullie getuigenissen volgen me tot in mijn cel, ik heb mezelf in vraag gesteld. Ik ben er niet trots op dat vrouwen en mannen misvormd en verwond zijn."
Hij herhaalde ook dat hij zijn verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn aandeel in de aanslagen in Parijs, maar dat hij niet wist wat er ging gebeuren op 22 maart 2016. "Ze zeggen dat het appartement in de Driesstraat kartonnen muren had, maar ook dat Belkaid en Ayari (de andere bewoners van het appartement, red.) niets te maken hadden met de aanslagen en Abdeslam wel", zei hij. "Ik word juridisch lastiggevallen, maar mensen durven dat niet aan te klagen. En ik zeg niet dat gerechtigheid niet moet geschieden. De straffen zullen nooit voldoende zijn voor wat er is gebeurd, er vielen 35 doden. Het requisitoir komt overeen met de feiten, maar komt niet overeen met de mensen in de box."
Abdeslam was ook streng voor de jury, die hem volgens hem onterecht schuldig bevond aan terroristische moord. "Een fout is menselijk, maar ik ben de gemediatiseerde, gedemoniseerde Salah Abdeslam, alles kan", zei hij. "Als jullie weer terugkeren naar jullie gewone leven, is het moeilijk om te leven met het idee dat je iemand hebt veroordeeld die het niet verdient."
De laatste korte zittingsdag begon met het pleidooi van de advocaten van Ali El Haddad Asufi, die het jury vroegen om bij het bepalen van de strafmaat rekening te houden met verzachtende omstandigheden. Daarna volgde een korte repliek van het parket over de wet rond het afnemen van de nationaliteit van de beschuldigden, met een antwoord van Nicolas Cohen. Hij houdt vol dat zijn cliënt Bilal El Makhoukhi zijn nationaliteit niet kan verliezen omdat hij al meer dan tien jaar de Belgische nationaliteit had toen hij de feiten pleegde waarvoor hij veroordeeld werd.
Ook ging het nog even over de nationaliteit van Hervé Bayingana Muhirwa, die volgens het openbaar ministerie de Belgische en de Rwandese nationaliteit heeft. Zijn advocaat Vincent Lurquin herhaalde dat Bayingana Muhirwa enkel de Belgische nationaliteit heeft.
Na de laatste woorden van Mohamed Abrini, Salah Abdeslam, Sofien Ayari, Ali El Haddad Asufi, Bilal El Makhoukhi en Hervé Bayingana Muhirwa gingen het hof en de jury in beraad over de strafmaat. Verwacht wordt dat nog deze week een uitspraak volgt.
El Haddad Asufi had kennis van de plannen van de terreurcel, "of hij zag er op zijn minst opzettelijk van af om meer te weten te komen van de feiten, hoewel er voldoende elementen waren om de ware aard en natuur ervan af te leiden".
Jean-Christophe De Block, advocaat van El Haddad Asufi, verwees naar die zin uit de motivatie van de jury over de schuldvraag, om erop te wijzen dat er een groot verschil was tussen zijn aandeel in de feiten, en dat van anderen waarvoor het federaal parket levenslang vroeg, zoals opdrachtgever Oussama Atar. "Er is een verschil tussen dat hij het wist, of dat hij het had moeten weten", zei hij.
De advocaat lijstte vervolgens verschillende verzachtende omstandigheden op. Uit zijn psychiatrische expertise bleek dat hij "volledig normaal" is, "geen psychopaat" en "geen sociaal gevaar". Hij is evenmin geradicaliseerd, heeft enkel een verkeersovertreding op zijn strafblad. En er waren bovendien de getuigenissen van vrienden, familie, collega's vriendin en ex-vriendin, die positief waren voor hem.
"Objectief is het fout om te zeggen dat er geen verzachtende omstandigheden zijn voor hem", zei De Block, die zo het parket tegensprak. Zijn medepleiter, Jonathan De Taye, noemde het dan weer "racistisch" en "laf" om El Haddad Asufi's Belgische nationaliteit af te nemen. "Racistisch" omdat het afnemen van de Belgische nationaliteit een onderscheid zou maken tussen 'echte' Belgen en Belgen 'van tweede rang'. "Laf" omdat België zich "ontdoet van eigen burgers" en zijn problemen exporteert.
Maandag is de laatste zittingsdag van het proces van de aanslagen van 22 maart 2016, voor de jury en het hof voor de tweede en laatste keer in beraad gaan.
De dag begint met de pleidooien van de advocaten van Ali El Haddad Asufi, voor wie het openbaar ministerie de maximumstraf heeft gevraagd van levenslang en een terbeschikkingstelling van de strafuitvoeringsrechtbank van vijftien jaar. Daarnaast wil het openbaar ministerie El Haddad Asufi ook zijn Belgische nationaliteit afnemen.
Na het laatste pleidooi volgen de replieken. Het openbaar ministerie wil alvast repliceren rond het al dan niet opleggen van een extra straf aan de beschuldigden die al veroordeeld werden voor de aanslagen in Parijs en over het wegnemen van de nationaliteit van de beschuldigden met de dubbele nationaliteit. Daarop kan de verdediging, die altijd het laatste woord heeft, nog eens repliceren.
Daarna volgen de eventuele laatste woorden van de beschuldigden, waarna het hof in beraad zal gaan over de strafmaat. Voorzitster Laurence Massart riep de jury op om opnieuw een valies te pakken voor de beraadslaging, aangezien het nooit op voorhand duidelijk is hoe lang die zal duren. Al ging het deze keer wel om een "kleine valies", terwijl ze bij het beraad over de schuldvraag er nog de nadruk op legde dat het lang kon duren. "We zullen de nodige tijd nemen en alles op tafel leggen", besloot Massart.
Clipped from Excuses en gevoelens van onrechtvaardigheid in laatste woorden veroordeelden | BRUZZ
Date clipped: Jun 4, 2024 01:45 PM